Psalm 26:4-5 ' Ik zit niet bij valsaards, met huichelaars ga ik niet om. Ik haat het gezelschap van kwaaddoeners, bij goddelozen zit ik niet. '
Psalm 31:7 Ik haat hen die nietige afgoden vereren. Ík vertrouw op de HEERE.
Amos 5:21 Ik haat, Ik versmaad uw feesten. Uw bijzondere samenkomsten kan Ik niet luchten,
Psalm 5:6 De dwazen blijven niet staande voor Uw ogen. U haat allen die onrecht bedrijven,
Openbaring 2:15 Zo hebt u er ook die zich houden aan de leer van de Nikolaïeten (afgodsaanbidders zoals Katholieken en Boeddhisten) en dat haat Ik.
Mattheüs 5:43 U hebt gehoord dat er gezegd is: U moet uw naaste liefhebben en uw vijand moet u haten.
Johannes 15:19 Als u van de wereld zou zijn, zou de wereld het hare liefhebben, maar omdat u niet van de wereld bent, maar Ik u uit de wereld heb uitverkoren, daarom haat de wereld u.